Cinema

Als mijn vader in zijn jonge jaren niet besloten had wielrenner te worden, was ik er waarschijnlijk nooit geweest.
Tijdens een trainingstocht door de Kempen kwam hij met enkele kameraden voor een gesloten overweg te staan in St Huibrechts-Lille. Mijn moeder, die in het aangrenzende Achel woonde, stond te wachten aan de andere kant van de slagbomen. Bij mijn vader was het liefde op het eerste gezicht. Mijn moeder vond hem de knapste en de sympathiekste van het stel, maar verder gingen haar gevoelens niet. De kans dat ze elkaar opnieuw zouden ontmoeten was klein, want mijn vader woonde zestig kilometer verderop, in de buurt van Hasselt.
Edoch, enkele jaren later kwamen ze elkaar weer tegen, in Hasselt, waar mijn moeder een betrekking had gekregen bij een gegoede familie. Mijn vader herkende haar meteen.
In de cinema leenden ze woorden voor hun brieven. Die zijn bewaard gebleven. In de la van een kleerkast die onlangs moest worden opgeruimd.


Mijn vader in 1955 in Genk, na zijn overwinning in de 'Grote Prijs der Ambachten'.
Met mijn broer op de arm.