De Pyreneeën

De cols die in de geschiedenis van de Tour de France met voorsprong het vaakst werden beklommen zijn de Tourmalet en de Aubisque. Ze vormen het décor van legendarische triomfen en hartverscheurende drama’s. Ik mocht er vijf dagen fietsen met Paul en Albin, onder begeleiding van Nico. We logeerden (via een arrangement van Cycletours) in een hotel in Argelès-Gazost, een dorpje in de buurt van Lourdes.
Wat stond er op het programma?
De 18 km lange klim naar Cauterets en Pont d’Espange (1485m) beantwoordde aan de beschrijving in de boekjes. De brug en de vele watervallen toonden ons ten overvloede ‘de kracht en de romantiek van de Pyreneeën’.
Tijdens de beklimming van de Tourmalet waande ik me weer in de jaren vijftig. Hoe vaak heb ik die col in gedachten bedwongen toen ik als kind iedere keer opnieuw de oprit van de Godsheidense brug over het Albertkanaal opfietste? Wat ik toen niet kon bevroeden was dat de steile kilometers voor en na La Mongie me ooit nog ‘ns zwaar in de benen zouden slaan.
Op dag drie maakten we een 'Grotten-tocht' langs de rivier de Gave: van de Grotten van Betharram naar de Grot van Lourdes. Mijn companen raakten danig onder de indruk van de devotie die daar in de lucht hing. Of de gebroken bout toeval was of 'een teken van boven' weet ik niet, maar op weg naar het hotel knalde Pauls zadel (gelukkig zonder ernstige gevolgen) van zijn fiets.
Terwijl mijn gezellen van een rustdag genoten, beklom ik de Aubisque (1709m) en de Hautacam (1520m), die me vanwege zijn lengte, procenten en uitzichten aan de Alpe d’Huez deed denken. De Aubisque is inclusief de Soulor 30 km lang, maar niet zo lastig. Spectaculair is wel de passage van het Cirque du Litor, ook wel de 'circle of death' genoemd. Je fietst er enkele kilometers over een 'corniche', langs een vrijwel loodrechte afgrond. Ik ben op beide cols onder een zomerse zon en op m’n dooie akkertje naar boven gepeddeld. Dromend en genietend. Honderd kilometer fietsgeluk.
We besloten onze trip met een tocht naar Gavarnie (1403m) en aansluitend de Col des Tentes (2207m), goed voor in totaal 30 km klimwerk. De route naar Gavarnie is prachtig, je fietst er voortdurend tussen rotsen en klaterend water. Op de al even mooie en erg rustige Col des Tentes moet je geregeld koeien en schapen omzeilen.
Al met al vind ik de Pyreneeën (nog) indrukwekkender dan de Alpen en de Dolomieten. Ik zal ze koesteren, de herinnering aan de beklimming van de Pont d'Espagne, de Hautacam, de Tourmalet en de Aubisque.


Klik op de links voor meer foto's.






Klik op de foto's voor groter formaat.