Hier is een essay over de bundel Prostaatloos van Miel Vanstreels:
Essay: Humor en kwetsbaarheid in ‘Prostaatloos’
In zijn bundel Prostaatloos toont Miel Vanstreels een indrukwekkend staaltje van wat poëzie kan doen: het lichte en zware van het leven naadloos verweven in een toegankelijk, maar diepgaand geheel. Door middel van senryu’s, korte Japanse dichtvormen die vaak humor en ironie bevatten, geeft hij een stem aan zijn persoonlijke ervaring met prostaatkanker. Het resultaat is een bundel die even ontwapenend als ontroerend is.
Kwetsbaarheid en relativering
De keuze voor senryu’s lijkt aanvankelijk luchtig, maar dit dwingt de dichter om in slechts enkele regels een wereld van emoties bloot te leggen. Neem bijvoorbeeld:
Met een mooie boog
klatert mijn plas door de tuin –
mijn god wat een straal
Hier speelt Vanstreels met de banaliteit van het plassen, dat na zijn ingreep plots een nieuwe dimensie krijgt. De vreugde die hij uit een eenvoudige straal haalt, staat in schril contrast met het onderliggende trauma. Deze spanning tussen alledaagsheid en existentiële vragen vormt de kern van de bundel.
Lichamelijkheid als leidmotief
De senryu’s raken rechtstreeks aan de lichamelijke gevolgen van prostaatkanker. Het verlies van seksuele functionaliteit en fysieke veranderingen komen herhaaldelijk terug, vaak met een ironische toon:
Dé vraag – hoeveel kans
dat mijn pik er voor altijd
vrij lullig bij hangt
Dit soort regels maken de impact van de ziekte invoelbaar zonder in zwaarmoedigheid te vervallen. Vanstreels omzeilt het pathos door de rauwe werkelijkheid te omarmen en te relativeren. Dit getuigt niet alleen van moed, maar ook van literaire finesse.
De rol van humor
Humor speelt een cruciale rol in de bundel. Of het nu gaat om de interactie met medische professionals of het dagelijks leven na de ingreep, Vanstreels weet steeds de absurditeit van de situatie bloot te leggen:
Heel geruststellend –
de prostaatpoli ligt pal
naast het pastoraat
Deze lichtvoetige observaties verlichten de zwaarte van het onderwerp, zonder dat de ernst van de situatie verloren gaat. De senryu’s balanceren constant tussen lachen en huilen, wat hen des te krachtiger maakt.
Een ode aan liefde en veerkracht
Naast de fysieke en emotionele worstelingen is Prostaatloos ook een liefdesverklaring. Zijn vrouw, Paula, speelt een prominente rol als steunpilaar:
Mijn lief heeft stemrecht –
ook zij zal verder moeten
met iets minder mij
Haar aanwezigheid is een constante in de bundel, van de operatie tot het hervinden van intimiteit. De dichter laat zien hoe partnerschap een bron van kracht kan zijn in tijden van crisis.
Conclusie