Demarrage

Afgelopen dinsdag naar 'Demarrage' gekeken, een mooie documentaire van Arno Kranenborg. Hij volgde zeven zeventigers en één tachtiger, die iedere week drie keer, weer of geen weer, op de racefiets stappen om samen een tocht te maken. Onderweg in Brabant, de streek waar ze wonen, praten ze over vrouw en kinderen, kwalen en pijntjes, spatadertempo en ademnood én over wat hen te wachten staat. Want het groepje is geleidelijk aan kleiner geworden: vrienden vielen weg door beroerte, hartinfarct of kanker. Volgens de maker van de documentaire kun je goed horen wat ze niet zeggen. Heel direct zijn de mannen wel als er vrouwelijk schoon hun wegen kruist, dan zitten ze niet verlegen om commentaar. Af en toe krijgt de kijker een mooie close-up te zien van een oud, peinzend gezicht. Ik moest geregeld aan mijn vader denken. Die fietste tot kort voor zijn dood (op zijn 83ste) ook in zo'n groepje. Het is alweer twaalf jaar geleden dat hij stierf. En over minder dan vier jaar hoor ik zelf (bij leven en welzijn) bij de zeventigers. Ik maak me geen illusies, ook voor mij geldt (op den duur of nu al?): hoe fiets ik de dood uit het wiel!

Mijn vader: tweede van r. Eind jaren negentig van de vorige eeuw.

De kunst van het sprinten

Bij uitgeverij De Bezige Bij/Thomas Rap verscheen dit voorjaar De kunst van het sprinten van Martin Bons. Vooraan in het boek staat (bij wijze van motto?) een rijmpje van mijn hand:

De sprinter
telt tot tien

wie niet weg is
is gezien

Zo zie je maar, waar het schrijven van gemasseerde rijmpjes (soms) toe leidt!



Rondje vaderland

Ik had een mooie route in het Mergelland uitgestippeld voor het jaarlijks Ritz-familierondje dat komende zaterdag gefietst wordt. Helaas was het me ontgaan dat op die dag ook Limburgs Mooiste gepland staat, een toertocht waar zo'n 15.000 wielertoeristen aan deelnemen. Ons tussen hen mengen lijkt me niet wenselijk. Ik moest dus op zoek naar een ander rondje en dat betekende: uitwijken naar mijn dierbaar vaderland. Zodoende zullen de Ritz-deelnemers uit Utrecht, Drenthe, Gelderland, Noord-Holland en Noord-Brabant kennis maken met de Maasvallei, van waaruit ze (via de Mont St Pierre en de Zusserdel) naar Haspengouw moeten klimmen, om zich daar over smalle betonbanen tussen glooiende akkers en velden richting het Maasland te begeven. Daar mogen ze langs het water (Albertkanaal, Zuid-Willemsvaart en Maas) verder genieten van het onvolprezen fietsroutenetwerk. De fanatiekelingen wacht, eenmaal terug in Maastricht, nog een kleine lus over de Zonneberg en de Muizenberg. Benieuwd wat ze er van vinden. Maite, mijn kleindochter van bijna drie - ze groeit op in Utrecht - is al ingewijd tijdens een logeerpartij eerder dit jaar. Als je haar vraagt waar haar opa Miel vandaan komt, antwoordt ze zonder te hoeven nadenken: 'Uit België!' Vraag je haar vervolgens welke leeuw ze daar hebben, dan roept ze triomfantelijk: 'Een Vlaamse!' Een kwestie van een beetje helpen opvoeden, toch!

Maite: ingewijd!

Goed voor de moraal

Vandaag een zomers rondje van vijftig kilometer gefietst in het drukke Mergelland. Na het honderdje eerder deze week mocht ik het rustig aan doen van mezelf. Zoiets leidt onderweg haast vanzelf tot een senryu:

Lekker peddelen
in de zon – geen zin vandaag
in diepgaande pijn


Na de de Rasberg en de Brakkeberg kwam ik aan de voet van de Daalhemmerweg. Ik werd gepasseerd door een dame en een heer van middelbare leeftijd. Aan hun shirts (Maratona dles Dolomites) en hun fietsen te zien waren ze niet aan hun proefstuk toe. Ze reden tegen een voor mijn doen behoorlijk tempo omhoog. Ondanks mijn voornemens probeerde ik aan te haken. Tot mijn verbazing lukte het me in hun wiel te blijven. Na de Fromberg moest ik de Sibbergrubbe op. Twee jonge gasten snelden me voorbij. Halverwege echter zag ik dat één van hen het moeilijk had. Het mocht wat pijn doen om hem in te halen en ter plaatse te laten! De laatste klim van de dag,  de Keunestraat, vatte ik aan met drie andere jongelieden. Twee gingen me te snel, de derde kon ik moeiteloos volgen. Goed voor de moraal, dacht ik wederom: zo'n rondje maakt van een veelvuldig uit de wielen gereden opa als ik een gelukkig mens.

© Foto: Roger Dohmen

Geboekt

Zoonlief heeft een huisje geboekt in Barcelonnette, een dorp op 1100 m hoogte in de zuidelijke Alpen. Komende zomer gaan we er een weekje fietsen met Henri, één van de heren en diens schoonbroer Maikel. Vanuit het dorp kun je meerdere cols op.  Als je afstempelt op de top van Col St Jean (1333 m), Col de Pontis (1301 m), Col de Larche (1991 m), Col de Vars (2109 m), Col d'Allos (2250 m), Col de la Bonette (2802 m) en Col de la Cayolle (2327 m) krijg je het 'Brevet des 7 Cols d'Ubaye'. Je kunt er ook een rondje over drie cols fietsen (Col d'Allos  2250 m, Col des Champs 2087 m, Col de la Cayolle 2326 m) al dan niet met als uitsmijter de van de Tour bekende klim naar Pra Loup. Prachtige beklimmingen in een wonderschoon decor. Benieuwd hoeveel van die cols ik aan mijn lijstje zal toevoegen. Het gebypasst dromen kan in ieder geval beginnen.