'Zorgen dat je vooraan staat bij het vertrek, in zo'n peloton is het veel te gevaarlijk,' zei mijn vader voor de enige wedstrijd die ik ooit fietste.
Ik stond vooraan, demarreerde meteen na de start en zat twee kilometer later finaal door mijn adem heen. Toen ik het parcours verliet na drie van de tien af te leggen rondes, zag ik mijn vader tussen de toeschouwers te staan: hij schudde zijn hoofd.