J. is 58 en een fervent fietser. Geen coureur of wielertoerist maar een randonneur. Het type fietser dat bepakt en bezakt naar alle windstreken trekt en onderwijl geniet van de vrijheid, de landschappen, de cultuur. Onverharde wegen, moeilijke doorgangen en cols worden daarbij niet gemeden.
Vorig voorjaar stond J. op een ochtend op met een gevoel dat hij niet kon plaatsen. 'Wat is er toch met me aan de hand,' zo vroeg hij zich af. Naar zijn huisarts gaan had weinig zin, want hij had geen concrete klachten. Het gevoel bleef, het werd steeds intenser.
Tijdens de zomervakantie trok J. richting Provence om een lang gekoesterde droom te verwezenlijken. Hij fietste tot twee maal toe de Mont Ventoux op. 'Een schitterende ervaring,' zei hij toen ik informeerde hoe het hem was vergaan.
In het najaar liet J. zich in het kader van een project waar hij al jaren aan deelneemt, uitgebreid onderzoeken. De uitslagen waren boven gemiddeld goed. Het was alleen nog even wachten op het resultaat van het bloedonderzoek waarbij de PSA (prostaat specifiek antigeen) gemeten wordt. J. sprak met zijn huisarts over zijn onbestemd gevoel, maar die kon er inderdaad weinig mee.
Enkele weken later belde de huisarts J. met het verzoek zo spoedig mogelijk langs te komen. De PSA-waarde was schrikbarend hoog: J. had prostaatkanker en niet zo'n beetje. 'In een flits werd het me duidelijk,' zegt J., 'dat onbestemde gevoel was kanker.'
J. is intussen geopereerd: 'Ze hebben flink gesneden, heel vervelend, maar het betekent wel dat er nog gesneden kon worden, er is dus nog hoop. Ik weet niet of het me ooit nog vergund is, maar het moment dat ik weer op de fiets stap, zal verschrikkelijk emotioneel zijn.'