Onlangs een (tweedehands) spinningfiets aangeschaft. Ik ben er erg blij mee. Hoef ik mijn tere luchtwegen niet meer te plagen met te veel & te koude winterlucht. Van de gegevens die ik kan aflezen op de display van de trainingscomputer, is 'time' in ieder geval controleerbaar juist. Wat 'speed' en 'distance' betreft, heb ik mijn twijfels. Als ik keer op keer zonder al te veel moeite 68 km in anderhalf uur kan fietsen, kan ik op mijn bijna zeventigste alsnog een proflicentie aanvragen, toch!
Om in te lijsten
Zesjarige kleindochter Maite tekent 'opa en oma op de fiets' aan de hand van een foto. Om in te lijsten dus.
Opa's en kleinzonen
Als je al jaren met je zonen (in binnen- en buitenland) mag fietsen, word je er geregeld door anderen aan herinnerd dat je jezelf gelukkig mag prijzen. Opa’s die er met hun kleinzonen op de racefiets op uit trekken, hebben die anderen niet nodig: in hun brieven of berichten spat de trots er vanaf. Kostschoolgenoot Wim Voets (69) heeft voor zichzelf en de vijftienjarige Junot dezelfde outfit aangeschaft: rode trui, zwarte broek, rode sokken. Ik vermoed dat Wim op tijd en stond uit de wielen wordt gereden door Junot en daar stiekem veel plezier aan beleeft. De bekende wielerdichter Willie Verhegghe (73) liet zijn kleinzoon Vic (11) afgelopen zomer kennis maken met o.a. de Muur van Geraardsbergen. Hoe kwamen ze boven? Ik citeer uit een gedicht van Willie: 'ik, oldtimer-flandrien met meer dan zeventig lentes / op de doldraaiende teller van mijn arm hart,/ het jong getaand geweld dansend over de kasseien.' Joost, mijn oudste zoon, fietste toen hij zestien was een keer mee met mij, mijn vader (74 toen) en een van diens vrienden. De twee oud-coureurs kwamen ieder jaar een Rondje Mergelland fietsen. De vriend van mijn vader was danig onder de indruk van Joost op zijn citybike: ‘Dat da menneke geen goesting heeft om coureur te worden!’ Mijn vader aanhoorde het zwijgend, met een brede glimlach om zijn mond.
(Wim en Junot, Willie en Vic, klik op afbeelding voor vergroting)
De Cervélo
Ik wil het hier graag (nog een keer) over Roger T. (68) hebben, een wielertoerist die menigmaal de Ventoux beklom en vele malen de lange versie van Luik-Bastenaken-Luik fietste, die de Scanuppia (8,8 km, 17,6 % gemiddeld, 42 % maximaal) op klauterde, die elke meter van alle steile hellingen in de driehoek Luik-Verviers-Maastricht en in Luik zelf kan dromen. Die Roger heeft zijn Cervélo S1 omgebouwd. Met een recht stuur en gewone trappers kun je je nog enigszins vertonen, zeker als je sneller dan welke leeftijdgenoot ook bergop fietst. Maar nu heeft hij zijn moderne koersvelo ook voorzien van een ouderwets versnellingsapparaat. Het bestaat uit één voorblad (42 tandjes), acht kransjes achter (12,12,14,16,18,20,23,26,30). Twee keer een 12? Jazeker, want het sluitkransje ligt te ver buiten de lijn van de ketting. De derailleur is dus afgesteld op het tweede kransje. Die derailleur, en nu komt het, moet bediend worden met een buiscommandeur. Om die te kunnen bevestigen moest Roger het aluminium frame doorboren, hij had een gat van 8mm nodig om de stuitnok te kunnen plaatsen. Een Cervélo S1 met een buiscommandeur! Gegarandeerd enig in zijn soort. Ik raadde Roger aan een uitgebreid artikel over zijn boorsessie te schrijven voor het tijdschrift Fiets. Maar hij durft niet. Schrik dat boze 'Cervéloïsten' hem op de Hallenbaye opwachten om zijn fiets in beslag te nemen. De reden van zijn actie? De moderne, ingewikkelde schakelsystemen vindt hij niet mooi. Alleen al van het kijken naar de kabelloop van een buiscommandeur naar de derailleur wordt hij lyrisch! Jumbo-Visma rijdt vanaf volgend jaar op Cervélo-fietsen. Als ik Tom Dumoulin persoonlijk zou kennen, zou ik hem vragen om naar de Cervélo van de dicht bij hem in de buurt wonende Roger te gaan kijken. Wie weet wil Tom daarna ook alleen maar buiscommandeurs!
Marriage Hill
Deze week is het vijftig jaar geleden dat mijn teerbeminde wettige echtgenote en ik verkering kregen. Dat gebeurde tijdens een verjaardagsfeestje in de verpleegstersflat van het Maastrichtse Ziekenhuis St Annadal. We waren negentien! Gisteravond kwam ik op een usb-stick een foto van ons tegen, die vorig jaar werd genomen toen we de Ulvend beklommen. Het een met het ander combinerend schreef ik er een tekstje bij (Marriage Hill – / after fifty years / still climbing') en plaatste het op de facebookpagina 'Cycling over sixty'. 'Marriage Hill because you proposed her on this hill?' vroeg Fatih Altan uit Istanbul. 'Nou,' zei mijn eega, 'volgens mij heb je mij nooit ten huwelijk gevraagd.'
Poetic cycling
Het afgelopen jaar werden 35 fiets-senryu's van me vertaald in het Engels en gepost op facebookpagina's als 'Cycling in the mountains', 'Solitary Cycling' en 'Global Cycling Network Community'. De versjes werden wereldwijd gelezen, geliket, gedeeld en van commentaar voorzien, het ene al wat meer dan het andere. De '(very) short poems' zijn nu verkrijgbaar in een (tweetalig) bundeltje dat als titel meekreeg: 'Poetic cycling'. Voor de liefhebber. Meer info: hier.
Asfaltueus en zo
Met zo weinig mogelijk woorden zoveel mogelijk proberen te zeggen. De haiku of senryu leent zich daar qua vorm (3 regels met respectievelijk 5-7-5 lettergrepen) uitstekend toe. Het is dus iedere keer de vraag: hoe prop ik mijn beleving van een fietstocht of wielerwedstrijd in 17 lettergrepen die bovendien volgens de regels(!) verdeeld zijn? Momenteel ben ik bezig met een reeks over 'de coronakoersen'.
Het sprintincident in de Ronde van Polen verwoordde ik als volgt:
De deur dicht sprinten –
als koers in nadars eindigt
wint alleen verlies
Spelen met het rangschikken van woorden. En het moet bij voorkeur leiden tot een glimlach bij de lezer. De altijd aimabel ogende Anna van der Breggen veroverde onlangs twee regenboogtruien:
Anna
De meest begeerde
truien – Anna koerst ze
minzaam bij elkaar
Soms is een nog niet bestaand woord of begrip noodzakelijk om mijn essentie in die 17 lettergrepen geperst te krijgen. De vele valpartijen in de openingsgrit van de Tour leidden tot:
Veel dromen halen
de finish niet – asfaltueus
uit elkaar gespat
Asfaltueus staat hier voor: affreus, afschuwelijk tegen het asfalt gaan.
Aan een weinig voorkomend woord/begrip (als ontgelen) kan een extra betekenis toegevoegd worden. Tom Dumoulin gaf in de eerste Pyreneeënrit zijn hoop op de gele trui op:
Supportersleed
Diep bedroefd ben ik
omdat zijn hoofd en benen
mijn hoop ontgeelden
Een mooi neologisme, al zeg ik het zelf, vind ik: meejuichpalmares. Google het maar:
Quizvraag
Koersen in dienst van –
welke knecht heeft het mooiste
meejuichpalmares?
Zo, waar een versjesmaker zich mee amuseert!
Genen
Ze heeft een overgrootvader die in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw koersen won bij de amateurs en de 'ambachten'. Ze heeft twee opa's - nou ja, één opa en één pake - die als wielertoeristen met altijd tegenwind over 's Heren wegen pedaleren. Ze heeft een vader die zes keer achter elkaar de Alpe d'Huez opragde. En ze heeft een oom die bij gebrek aan training het verkeer op de Stelvio ophield door uitgebreid de buitenbochten te nemen. Geen wonder toch dat de zes maanden oude Anna (!) naar de koers wil kijken!
Een oud talent
Schoonbroer Jan (73) uit het vlakke Brabant fietst dit jaar voor het eerst op een racefiets. En hij beleeft er veel plezier aan. Hij wilde graag uitproberen of hij ook de Limburgse heuvels op komt. En dus spraken we af om vandaag een tochtje te maken. De weersvoorspellingen waren niet best. Het leek me verstandig de vijf hellingen van mijn Meerssen-rondje op te zoeken en te kijken hoe Jan die verteren zou. Nou, Jan fietste in de miezelregen overal als een klimgeit omhoog. Met de informatie die ik hem gaf over de komende helling schakelde hij rustig naar de voor hem juiste versnelling en peddelde vrolijk naar boven. Hij kwam nergens in ademnood en recupereerde meteen. Zijn kleinste versnelling had hij alleen nodig op het eind van de steile Snijdersberg. Ik denk dat we Jan nog vaker in het Heuvelland gaan zien. Hij kan het zichzelf nog makkelijker maken door zich aan klikpedalen te wagen. En met deze is opnieuw bewezen: je bent nooit te oud om de lol / het geluk van (geheel op eigen kracht) bergop fietsen te ontdekken!
Rondom Nijmegen
Een paar dagen met mijn eega rondom Nijmegen gefietst. We logeerden in Molenhoek en waren bepaald niet de enige senioren die gebruik maakten van een fietsarrangement van het (aan een drukke provinciale weg gelegen) hotel. Op de dag van aankomst fietsten we een rondje van 40 km, door de Mokerheide en via de Zevenheuvelenweg en de Oude Holleweg (die voelde als de Brakkeberg) door de bossen van Heumersoord terug. Er zaten prachtige maar ook (auto)drukke stukken in de route en met de bordjes voor het fietsroutenetwerk zijn ze ook in het Rijk van Nijmegen nogal zuinig. Voor dag twee stond een rondje van 60 km gepland over rustige wegen. Langs de Maas, door de bossen langs de Duitse grens, door Gennep om foto’s te maken van Paula’s geboortehuis, weer langs de Maas en vervolgens om de Kraaijenbergse Plassen. Van de laatste tropische dag hadden we weinig last, van de laatste tropische nacht, die volgde, des te meer. Het rondje (van 60 km) op dag drie bracht ons via de Mokerheide en dwars door Nijmegen bij de Ooijpolder, waar we vijfendertig kilometer lang genoten van de rust, het water (Rijn en Waal), de natuur en de wind (4 Bft). In Beek verlieten we de Ooijpolder en kwamen in Berg en Dal geheel onverwacht op de van Randwijckweg terecht, na de Oude Holleweg de helling met de hoogste moeilijkheidsgraad in dit gebied. Paula wilde graag weten of ik van te voren echt niet wist dat we daar naar boven moesten. Echt niet dus! Ter afsluiting mochten we nog even op en af op die merkwaardig mooie Zevenheuvelenweg. Onze conclusie: rondom Nijmegen is het bijna even mooi fietsen als in het Mergelland!?
Rechts het geboortehuis van Paula. |
Arme Nick
De vriendengroep van mijn jongste zoon Gijs (38) bestaat uit zeven heren die allen uit Maastricht komen. Ze kennen elkaar van de peuterspeelzaal, lagere en/of middelbare school. Op één na trokken ze allen naar de Randstad i.v.m. studie en/of werk. Al geruime tijd maken ze jaarlijks een Europese stad een weekend lang onveilig. Veel cultuur pikten ze niet mee uit Milaan, Moskou, Krakau, Budapest, Belgrado, Helsinki, Wenen, Bratislava, Riga, Milaan, Ljubljana, Berlijn, Tallinn, Zagreb en Dusseldorf maar ze weten perfect hoe het bier overal smaakt. Eén van de heren, Nick, trouwt binnenkort. Hij kreeg vandaag een coronaveilige vrijgezellendag in de open lucht van het Mergelland. Dat hield o.m. in dat hij om 10u in Heijenrath (door de heren, zijn broer en een groep rugbyvrienden) op een retro-racefiets (zonder kleine versnellingen) werd gezet. Na de afdaling van de Koning van Spanje mocht hij de Gulperberg (Rijksweg) oppeddelen. Halverwege moest hij linksaf om via Euverem en Beutenaken in Slenaken te geraken. Daar wachtte de Loorberg. Boven was er koffie en vlaai maar meteen daarna moest hij verder richting Epen en Camerig waar hij aan Nederlands langste helling (4,5 km) moest beginnen. Na de afdaling ging het rechtsop voor de pittige Pas van Wolfhaag. Boven rechtsaf naar Gemmenich en na de afdaling scherp linksaf voor de klim naar het Drielandenpunt. Daar eindigde het afzien van (de niet bepaald licht gebouwde en ongetrainde) Nick. Hij werd de hele weg met een megafoon vooruit geschreeuwd vanuit een Rodania-wagen. 'Het lijkt de Tour wel,' hoorde ik wandelaars zeggen. Zijn lijdensweg werd vastgelegd met een drone. Arme Nick. Ik had compassie met hem, niet alleen toen ik hem onderweg een paar keer kruiste, maar op voorhand al, want mijn zoon had mij gevraagd een korte route met zoveel mogelijk hoogtemeters uit te stippelen!
(Foto's vóór en na de tocht)
(Foto's vóór en na de tocht)
Water, bos & hei
Een nagenoeg vlak rondje van circa 60 km door mijn vaderland, een rondje Belgische Kempen, een rondje water bos & hei. een rondje in het gebied waar het systeem van de knooppunten werd uitgevonden. De bewegwijzering wordt, wat men ook probeert, nergens anders geëvenaard. Vanuit Maastricht is het een rechtsdraaiend rondje en ik heb geprobeerd alle vervelende en/of minder mooie stukken te mijden. Geen drukke oversteekplaatsen dus, geen onnodige ommetjes door dorpen, geen lange onbeschutte stukken in open veld, geen industriegebieden, geen slecht geasfalteerde en/of onverharde wegen. Wie onderstaand kaartje bekijkt zal het zien: eenmaal Maastricht uit en de grens gepasseerd fietsen we langs het mooiste gedeelte van het Albertkanaal, vervolgens duiken we langdurig de bossen in, we komen er een paar keer uit om langs een dorp te scheren we pikken een flink stuk Mechelse hei met prachtige uitzichten mee en komen na Pietersheim weer langs het water (Zuid Willemsvaart). Ik kan het rondje onderhand blindelings fietsen!
De route vanuit Maastricht: 1 – 3 – 11 – 558 – 65 – 533 – 532 – 64 – 251 – 534 – 535 – 565 – 551 – 550 – 61 – 63 – 140 - 131 – 54 – 10 – 1
De route vanuit Maastricht: 1 – 3 – 11 – 558 – 65 – 533 – 532 – 64 – 251 – 534 – 535 – 565 – 551 – 550 – 61 – 63 – 140 - 131 – 54 – 10 – 1
De freules
We hebben de freules (bijna zes en bijna vier) een weekje op bezoek. Ook de jongste heeft het plezier van fietsen ontdekt en dus worden er rondjes gedraaid op het plein. De poppen moeten hoedanook mee, want zonder hun 'kinderen' gaan de freules niet op stap. Vanmorgen ging het er vrolijker aan toe dan gisteren. Na een mindere nacht kregen ze de prikkelbaarheid er niet uit getrapt. En dat leidde tot huilbuien. Volgens de oudste had ik meer aandacht voor de jongste dan voor haar, en de jongste beweerde dat ik niet zo aardig was voor de oudste. Nou ja! Gelukkig was ik vanmorgen weer 'de liefste opa van de hele wereld'. En dat hoefde ik hen niet eens voor te zeggen of in te fluisteren!
Ai!
Ik sprak de laatste weken een aantal mannen van mijn leeftijd (bijna zeventigers) die al fietsend niet vrolijk worden van alle klachten die bij het ouder worden horen: minder recuperatievermogen, versleten knieën, te lage bloeddruk, protesterende kransslagaders. Vanmorgen las ik in 'Max, Micha & het Tet-offensief'' van Johan Harstad de volgende zin over Owen, een leeftijdgenoot van ons: 'Hij is geen vriendelijke opa die je het beste gunt, hij is gewoon een man op leeftijd. Iedere dag kan hij weer een verlies, een nederlaag noteren in zijn boekhouding.' Niet erg opbeurend, maar wel mooi, toch! Het kan nog erger. In 1976 (!) schreef ik volgend versje dat als titel 'Opa' heeft. Ik heb er eigenlijk nooit bij stil gestaan dat al mijn gedichten over oude mensen ooit ook op mezelf van toepassing kunnen worden. Dat wordt nog wat, het versje: 'tijd doet zwijgen / de weekheid van ogen / krijgt er iets van kalk / meer verdriet dan / tranen / glimlacht hij / en strompelt voor de / zoveelste maal vandaag / te laat naar het toilet.'
Speelgoed
Eigenlijk is het vreemd dat ik er nu pas achter kom dat er op internet een aantal facebookpagina's te vinden zijn waar wielertoeristen en -liefhebbers van over de hele wereld zich verzamelen. Een pagina als Cycling in the Mountains heeft 1900 leden, Cycling Lifestyle heeft er 18.000, Bianchisti 56.000 en Global Cycling Network Community 63.000! Voor een schrijver van wielerversjes zouden dat ideale podia moeten zijn. Mijn senryu's bestaan (ook als ze vertaald zijn) uit drie regeltjes, dat is lekker overzichtelijk. Voor de foto's waarmee je in eerste instantie de aandacht moet trekken, kan ik putten uit mijn archief, want ik stop al decennia lang steevast een klein fototoestel in mijn koerstrui als ik ga fietsen. Je weet nooit wat je opvalt of tegenkomt! Het is dus zoeken naar goeie pagina's, je stuurt vervolgens je berichten door en wacht af wat er gebeurt. Speelgoed is het! Dat je versjes geliket (en becommentarieerd en gedeeld) worden in Toronto, Johannesburg, Barcelonnette, Warschau, New Delhi, Rejonowy, San Clemente, Casablanca, Rio de Janeiro, Parma, Kathmandu, Bogota, New York, Krementsjoek, New Pleymouth, Manilla, Penang, Quispamsis of Horb am Neckar: veel leuker kan het niet worden! Dat moet wel leiden tot een tweetalig bundeltje, toch!
Dichter bij huis
Veel wind (5 bft), onbestendig weer en toch circa 75 km met circa 15 hellingen over mooie, rustige wegen willen fietsen? Sinds corona en het op slot gaan van het Heuvelland weet ik waar ik moet zijn! Ik fiets van Maastricht naar het 6 km verderop gelegen Meerssen, naar de voet van de Kruisberg. Daar begint mijn rondje van 18 km met 5 hellingen: Kruisberg, Visweg, Biesenberg, Slingerberg en Snijdersberg. In dat rondje moet er 5,6 km geklommen worden om 277 hoogtemeters aan gemiddeld 5 % te overwinnen. De Snijdersberg is het zwaarst, te vergelijken met de Cauberg. Vanmorgen reed ik het rondje drie keer. Van de wind had ik weinig last: op de hellingen word je beschut door bomen en struiken, op het vlakke fiets je nooit meer dan een kilometer in dezelfde richting. En dan de rust: veel binnenwegen, nauwelijks gevaarlijke punten, alleen wat plaatselijk verkeer. Ik kwam hooguit vijf fietsers tegen en geen enkele motorrijder. Hield ik het droog? Jazeker, ook de meest donkere wolken wisten niet hoe vlug ze moesten overwaaien! Heeft het dichter bij huis willen blijven te maken met het ouder worden? Ik vrees van wel. De tijd dat ik in mijn eentje even op en af naar de Baraque Michel, de Stockeu of de Redoute fietste is al een tijdje voorbij.
Abonneren op:
Posts (Atom)