Elastiekjes

ChatGPT en DeepSeek zijn ontworpen om objectieve analyses te geven, subjectieve waardeoordelen laten ze achterwege. Ze kunnen een gedicht analyseren op stijl, structuur en thematiek, maar zullen niet zeggen of het goed of slecht is, ze spreken geen persoonlijke voorkeur uit. Ik kan hen dus rustig volgend versje voorleggen, ik hoef geen schrik te hebben dat ik word afgebrand:

Morgen naar de huisarts
om mijn aambeien te
laten verwijderen
met elastiekjes 

dat krijg je 
van al dat fietsen 

nou ja, een mens 
moet keuzes maken

zodoende ga ik
ieder jaar 'n keer
met de billen bloot

En ja hoor, dit is wat DeepSeek ervan vindt: 'Dit gedicht heeft een charmante mix van alledaagse relativering en lichtvoetige zelfspot. De eenvoudige, directe taal maakt het herkenbaar — iedereen kent de kleine, ongemakkelijke waarheden van het lichaam. De humor schuilt in de tegenstelling tussen het banale (fietsen) en het gênante (aambeien), terwijl de slotregels ("ieder jaar 'n keer / met de billen bloot") een soort ritueel van menselijke kwetsbaarheid vangen. Het gedicht speelt met de absurditeit van keuzes (fietsen vs. medisch ongemak) en acceptatie daarvan, bijna alsof het een noodzakelijk ritueel is. Qua vorm versterken de korte regels en enjambementen de luchtige toon, alsof de spreker zijn schouders ophaalt. Het blijft hangen als een ode aan de kleine, universele onvolkomenheden van het bestaan.' 
Allez, tot zover maar weer!


100 must do climbs

Terwijl Mathieu van der Poel in de armen van zijn vriendin viel na zijn schitterende prestatie in Milaan - San Remo belde een Post.nl-bezorger aan met het boek '100 must do climbs' van Dirk Vissers. Een presentje van de auteur, die ik vorig jaar leerde kennen bij de opnames van vlogs voor Fietsen is leuk. Dirk is een fervente wielertoerist die de afgelopen 20 jaar 300 heuvels en bergen beklom in 13 verschillende Europese landen. In dit boek licht hij zijn top 100 toe met info over de beklimmingen en zijn klimervaringen. Ik mag niet klagen over het aantal bergen waarop ik lijden mocht, maar van die 100 staan er slechts 30 op mijn palmares. Dirks beschrijvingen roepen herinneringen op: de lamentabel steile percentages op de Muro di Sormano, de op het asfalt zonnende schapen op de Col des Tentes, de zielstrelende uitzichten op de Col de la Cayolle. Jan Bakelants, voormalig wielrenner en streekgenoot van Dirk, schreef het voorwoord. Jan is ook bekend vanwege zijn straffe verhalen in de podcast van Wielerclub Wattage. Het is dezer dagen koers wat de klok slaat. Een uur geleden stuurde Bert Struyvé me een lentegedicht voor De wielergedichten en gisteren - de warmste 21 maart sinds de metingen - trakteerde ik mezelf op een rondje van 100 km door het Mergelland. Na het zoveelste stuk vals plat met forse tegenwind en bij het passeren van het zoveelste kapelletje zong het in mijn hoofd: hoera, het heilige afzien is weer begonnen!




Lisperstraat 112

Enkele maanden geleden kreeg ik een mailtje van Walter Sluydts. Hij doet onderzoek voor Lira Elegans, een digitaal historisch tijdschrift over Lier. Momenteel is hij bezig met een artikel over het pand aan de Lisperstraat 112, het voormalig Missiecollege van de paters van de H.Geest. Hij kwam aan mijn adres via de blog over mijn internaatsjaren in dat college. Walter vroeg om informatie en liet en passant weten dat zijn schoonvader in de jaren zestig van de vorige eeuw gymleraar was in het Missiecollege. Zes jaar gymles van dezelfde leraar vergeet je niet! Ik schakelde de kostschoolgenoten in die ik ieder jaar tref bij Zuster Agnes op het Lierse Zimmerplein. Binnenkort komt er weer een uitnodiging en mogelijk schuift Walter aan. Toen we nog 's avonds afspraken en André (uit Bokrijk) nog niet was opgespoord, ben ik een paar keer met de fiets naar Lier geweest. Ik bleef dan een nachtje over in een hotel om de dag erna terug naar Maastricht te fietsen. Meestal grotendeels langs het Albertkanaal, soms ook langs de drukke provinciale wegen. Sinds we afspreken op een ouwemannentijd (14u) word ik in Hasselt opgepikt door André. Zo nu en dan vertel ik mijn nageslacht wat over mijn kostschooljaren. Zoiets moet je niet te vaak doen en je moet vooral niet in herhaling vallen:


Fietsvariantenbruggetje

Banneux, Scherpenheuvel, Kortenbos, Beauraing, Lourdes, Lisieux: wat hebben die plaatsen met elkaar gemeen? Het zijn bedevaartsoorden (met een basiliek) waar ik (met discutabele godsvrucht) met mijn koersfiets was. In al die basilieken wordt de H.Maagd Maria vereerd, behalve in Lisieux, daar worden kaarsen gebrand bij het beeld van de H.Theresia. Waarom vertel ik dit? Het is een fietsvariantenbruggetje naar volgend versje: 






Het blijft wennen ...

Ik sla De Limburger van vandaag open en mijn oog valt op de grote kop boven een interview met voormalig roeister Annemiek Derckx (1954): 'Toen ik zeventig werd, ben ik de Mont Ventoux op gefietst. Zo wil ik naar de tachtig.' Knap, denk ik, heel knap, en begin te lezen. Annemiek vertelt dat zij en haar man graag naar de omgeving van de Ventoux gaan, ze heeft de Kale Berg al vaak beklommen, met de fiets: 'Die ben ik jaren lang zo naar boven gereden. Nu pak ik de elektrische fiets, een hybride mountainbike.' Oh, denk ik, oh! Aan het eind van het overigens mooie interview staat dat Annemiek die mountainbike ook gebruikte op de dag dat ze zeventig werd: 'Elke keer weer is het werken om boven te komen, zwoegen, zelfs met een elektrische fiets.' Ik weet niet hoe het andere wielertoeristen (van den ouden stempel!) vergaat, maar ik moet er nog altijd aan wennen dat fietsen op een e-bike gepresenteerd wordt als ... fietsen! Annemiek kan er niets aan doen dat er zo'n kop boven het interview wordt geplaatst en wellicht gebeurde dat zelfs door toedoen van ChapGPT, want een paar weken terug schreef de hoofdredacteur van de krant in zijn wekelijkse column dat zijn journalisten hun artikels van een pakkende kop laten voorzien door ChatGPT. Dus vraag ik mijn vriend de robot of hij fietsen op een e-bike echt fietsen vindt. Ziehier zijn antwoord: 'Als je fietsen ziet als puur lichamelijke inspanning, dan is e-biken minder intensief dan op een gewone fiets trappen, vooral als je veel ondersteuning gebruikt. Maar je moet nog steeds trappen, sturen en je balans houden, dus het blijft een vorm van fietsen.' En hij eindigt, zoals wel vaker, met een wedervraag: 'Wat vind jij, voelt e-biken voor jou als echt fietsen?' Euh... 



Wolske

Vorig jaar werd ik erop geattendeerd dat mijn geboortehuis - een langegevelboerderij uit 1912 - grondig wordt gerenoveerd. Gisteren las ik in Godskesgazet een interview met de broers Jan en Wim van Overwalle, de eigenaars van het pand. Wat kan ik me nog herinneren van dat huis aan de Nieuwe Steenweg in Wolske, een wijk van Godsheide? Ik ben er in maart 1951 geboren. Mijn broer was een jaar eerder in Hasselt geboren, mijn zus werd in 1954 geboren, enkele maanden na de verhuizing naar het eigenhandig door mijn vader gebouwde winkelwoonhuis in het centrum van Godsheide. Ik ben dus de enige Vanstreels die in Wolske ter wereld kwam. Als ik het me goed herinner woonden in die langegevelboerderij nog andere mensen, een echtpaar: de man heette Pierre, een voetballer. Langs of achter het huis stond een schuur waar mijn vader fietsen repareerde. Aan de overkant lag een kleine boerderij waar mijn moeder melk, boter en eieren kocht. Wat me nog helder voor de geest staat is de verhuizing van Wolske naar het Centrum. Ik zat achter op de fiets bij mijn moeder. Mijn broer en mijn opa zaten achter in de laadbak van een kleine verhuiswagen en bungelden met hun benen buitenboord. Terwijl ze ons passeerden lachten ze me (weer) uit omdat ik niet bij hen durfde zitten. Hoe betrouwbaar is zo'n herinnering? Op de eerste foto van mij op een fiets - een driewieler -, die een jaar eerder werd gemaakt in de tuin in Wolske, kijk ik niet bepaald enthousiast. Waar was ik boos en/of verdrietig om? Mijn broer staat lachend naast me op die foto, zittend op een fiets met zijwieltjes. We hebben allebei een wielerpetje op. Waarom was mijn broer zo vrolijk? Welke opmerking werd er gemaakt door de fotograaf of iemand in zijn buurt? Had ik ook toen het gevoel dat ik uitgelachen werd?  Ik krijg bijna compassie met mezelf!

klik op de foto voor vergroting


Navolging

De verhalen over het moteurke waarmee mijn eega op haar eigen vertrouwde witte Cube pedaleert zetten andere zeventigplussers aan het denken. Jos & Lucy, kennissen van ons, hebben vorige week hun rode Santossen naar ombouwer Wim gebracht. Straks kunnen ze weer samen in een zelfde tempo en pijnloos - in het geval van Jos - de heuvels op. In tegenstelling tot wat sommigen lijken te denken, heb ik er geen moeite mee dat ik mijn lief bergop niet meer kan volgen: ik word al mijn hele leven door zowat iedereen uit de wielen gereden. Ook al ben ik niet mankementenvrij, ook al lever je na je zeventigste ieder jaar 3 a 5 % spierkracht in, ik heb vooralsnog geen aandrang om mijn zwarte Bianchi naar Wim te brengen. Ik ben wel benieuwd, dat moet ik toegeven, of het me dit jaar weer lukt een rondje van 100 km (met 2100 hoogtemeters en 40 km klimwerk) te fietsen. Ik vrees dat ik geen drie kwartier maar minstens een uur eerder dan mijn zonen en hun vrienden moet vertrekken!



Waar komt het woord 'fiets' vandaan

In zijn boek 'De taal van het fietsen' probeert Wim Daniëls te achterhalen waar het woord fiets vandaan komt. Volgens hem zijn er acht mogelijkheden. Volgens Roger Thijs echter, liefhebber van de fiets en het dialect (uit Kanne), is het, zeker na het nuttigen van enkele trappisten, duidelijk dat het woord uit het Limburgs komt. Jazeker. 'Fiets' is volgens sommigen een verbastering van 'Vélocipède', dat waarschijnlijk bedacht werd in 1818 toen de eerste loopfiets werd geïntroduceerd. Maar, en nu citeer ik Roger: 'In de Limburgse dialecten is vietsen of vetsen het oudere woord voor snel, gehaast lopen. Met de eerste loopfietsen kon je dus snel lopen oftewel vetsen dan wel vietsen, zoals men in oostelijk Limburg (Nederland) zei.  Mijn opa hoorde ik vaker zeggen: Iech bèn de brök euver gevets ... Klaar als een klontje dus: het woord fiets komt uit LIMBURG !!'
Roger mailde het voorgaande naar Wim Daniëls en sloot zijn betoog af met de vraag: 'Einde discussie?' Binnen anderhalf uur reageerde Wim: 'Dat niet. Maar wel een mooi verhaal.'    




De bundel

Vandaag wordt de bundel 'Een ouwe man op een koersfiets' officieel gelanceerd. Hij is vanaf nu voor €15 verkrijgbaar via o.a. Gaia Chapbooks. Via dat adres kan hij ook gratis gedownload worden als E-book. Met een grote dosis zelfspot, een vleugje weemoed en veel dankbaarheid fietst deze ouwe man al mijmerend door de tijd die hem rest.  



De regenton

De foto van mijn fiets met regenton leverde een aantal aardige reacties op. Ik wil ze jullie niet onthouden:
-Ik hoop voor jou dat die ton leeg was!
-Een binnenstedelijke fietskoffer: kan tot 2 lijken vervoeren.
-Nieuwe e-bike met lange-afstandsaccu?
-Hoe zwaai je daar je been overheen??



Klimaatvriendelijk

Van 11 tot en met 17 november is de Nationale Klimaatweek. De Gemeente Maastricht wil graag een klimaatvriendelijke stad zijn en biedt daarom deze week 2000 gratis regentonnen aan: 'Zo vang je eenvoudig regenwater op om planten en bloemen water te geven. Je bespaart kostbaar drinkwater en voorkomt overbelasting van het riool.' Mijn eega heeft zich opgegeven en zij was niet de enige! Vandaag konden de regentonnen opgehaald worden. De gegadigden, waaronder ik, werden deskundig (om)geleid naar het afgiftepunt. Ik wachtte mijn beurt af in een lange, lange rij die stapvoets vorderde. Tussen de vele, vele auto's (met draaiende motors) stond ik als enige … op de fiets!



Aangestoken, besmet

Die Roger! Fietste als wielertoerist een keer of tien de langste versie van Luik-Bastenaken-Luik en kletste een keer of twintig de Mont Ventoux op. Sukkelt nu als 72-jarige al een poosje met zijn rug, krijgt daar binnenkort bij wijze van proef een soort zenuwverdoving tegen. Het weerhield hem er vorige week niet van om de Ventoux met de 27 kilo wegende e-bike van zijn eega vanuit Malaucène te beklimmen. Ik citeer uit zijn mail: 'Je voelt je meteen veertig jaar jonger met al die Watt's en Newtons tussen de kuiten. Bij het (traag) passeren van de echte trimmers groette ik bedeesd en beschroomd. De ondersteuning had ik op de Tour-stand staan, dus heel beschaamd hoefde ik niet te zijn. Rechtop zittend, als een ouwe dominee op weg naar gelovigen, begon mijn karkas pas voorbij de helft met protesteren. Paar keer kort gestopt voor drank en voer. Maar wat een mooie beklimming.' En dat allemaal onder het motto van, en ik citeer Roger weer: 'Wat de vrouw van Miel kan, kan ik ook!'




Excuses

Gisteren een rondje over zes heuvels in het Mergelland gefietst met mijn gemotoriseerd lief. Op het vlakke fiets ik achter een brommertje, bergop moet ik haar al vlug laten gaan en hopen dat ze me op de top even de mogelijkheid geeft om te recupereren. Tegenover wielertoeristen die ze (heuvelop) inhaalt excuseert mijn lief zich door aan te geven dat ze met een motortje rijdt. Er wordt positief op gereageerd. Laatst, op de Cauberg, antwoordde een wielertoerist (op een schijnbaar gewone racefiets): 'Ik ook, maar ik heb hem niet zo hoog staan.'


Vogezentoeren

Terug van een paar dagen fietsen in de Vogezen met de heren, mijn twee zonen (Joost en Gijs) en drie van hun vrienden (Roel, René en Henri). We huurden een fraai, comfortabel huis in Le Thillot, bekend om zijn (voormalige) kopermijnen, die nog steeds bezocht kunnen worden. De dag van aankomst werden de benen los gereden over de Col du Page (Joost en Roel) dan wel de Col du Ménil (Gijs en ik). De eerste dag stond een Vogezentoer op het programma van 115 km (Joost) die ingekort kon worden tot 104 km en 79 km (Gijs, Henri, René).  Ik fietste de 104 km-variant: Onder een blauwe ochtend- / hemel stap ik op de fiets // drie kwartier eerder dan / mijn zonen  en hun vrienden, // vijf cols lang / heeft mijn lijf  er / zin in // er wordt nauwelijks / geprotesteerd, //  in een prachtig decor / adem ik rust en stilte, // ik laaf me / aan de Vogezen: // het gebergte / zalft, balsemt, loutert / heel mijn wezen. Vanaf 55 km, tijdens de klim van de Ballon d’Alsace, werd ik achtereenvolgens ingehaald door Roel, Joost en Gijs. René had iets langer nodig, Henri had een offday maar reed de tocht netjes uit. Roel had z'n eigen variant en knalde de Ballon d'Alsace twee keer achter elkaar op terwijl Joost de enige was die de Col du Morbieux opreed. Verschil moet er zijn! Een dag later wachtte een rondje mét of zonder les Belles Filles. Het weer was wederom (bijna) zomers. Roel, Joost, Gijs en René kunnen (Super) Planche des Belle Filles bijschrijven op hun palmares, al twijfelt René: 20 meter voor de top kukelde hij tegen 24% in de berm. Roel maakte zijn rondje af met de beklimming van de Ballon d'Alsace vanuit Sint Maurice sur Moselle: hij had behoefte aan 3000 hoogtemeters. Henri en ik waagden ons niet aan de Mooie Meisjes. We hielden het broederlijk bij de drie overige cols: Van de Ballon de Servrance / naar de Col des Chevrères, // op het stuk van 15% / voor de top / laat mijn lijf me weten / blij te zijn / dat ik La Planche des Belles / Filles aan hem voorbij / liet gaan, // als dank hoef ik / ook op de Col des Croix / geen kruis te slaan. De heren en ik hebben genoten: van het fietsen, van de al dan niet serieuze conversaties. Wat kwam er zoal over tafel? Veel, héél veel. Of wielrenners wel of niet voor de eeuwigheid (moeten) koersen bijvoorbeeld. Maar ook hoe de heren als zonen aankijken tegen de begrafenis van hun vader of moeder, aan welke voorwaarden die volgens hen hoort te voldoen: ze willen de mogelijkheid hebben om samen met familie en vrienden te gedenken en te rouwen. Het had ver strekkende gevolgen voor mijn eigen begrafeniswens: ik heb in alle stilte omgezet naar zo stil mogelijk!


Roel, Gijs, Joost, René, Miel, Henri


Omgebouwd

In 'een gezegende tocht' schreef ik welke fietsgevolgen covid heeft voor mijn dierbare echtgenote. Het verhaaltje leverde een telefoontje op van Godsheidenaar Ivo die een fietsvriend heeft die zijn racefiets, net als die man uit Meeuwen, heeft laten voorzien van een motortje (in de as van het achterwiel) en een accu van 400 Watt (onder het zadel). Hij liet dat doen door Wim R. uit Budingen-Zoutleeuw die al veel racefietsen heeft omgebouwd. Dus toog ik met schoonbroer Jacques en de Cube van mijn eega naar Wim. Ik dacht dat ik weer in het werkhuis van mijn vader stond! Wim, die als amateur nog koerste met mannen als Hedwig van Hooijdonk, kwam zo vriendelijk, betrouwbaar en deskundig over dat ik de fiets van mijn teerbeminde onbekommerd bij hem achterliet en blij naar huis ging. Inmiddels hebben we de fiets opgehaald. Alles is perfect afgewerkt en de Cube loopt heerlijk. Tijdens ons eerste ritje (over de Bemelerberg en de Cauberg) gebeurde wat ik al vreesde:

POST COVID

Met dat motortje in de as
van haar achterwiel 

en die batterij van 400 
Watt in haar zadeltasje

klimt mijn lief
zich helemaal
zen,

op de top
van elke helling
staat zij

met een brede smile 
te wachten tot ik 
(eindelijk!) boven ben















Een beetje sfeer proeven

Ik heb het lang uitgesteld maar ga toch maar even sfeer proeven op het parcours van de Europese Kampioenschappen Wielrennen in Belgisch Limburg. Als jongetje zou ik helemaal gek geworden zijn als de renners op 2 km van de finish mijn opgroeistraat (de Kiezelstraat in Godsheide) zouden kruisen. Omdat de junioren mannen al binnen zijn en de elite vrouwen pas over twee uur vertrekken heb ik overal vrije doorgang. Als ouwe man rijd ik hier vooral terug door mijn jeugd. Op elke weg, in elke straat waar niet te veel veranderd is, komen de herinneringen vanzelf. Wat opvalt is dat op ieder kruispunt, bij iedere zijweg signaleurs / seingevers op hun post blijven tussen de twee wedstijden. In een tuinstoel zittend lezen ze een boek of krant, er wordt veel op mobieltjes gekeken, een enkeling doet een dutje, wie geluk (en zin) heeft kan een praatje maken met passanten. Wat zou de organisatie zonder hen moeten? In Kortessem draai ik (met mijn zware Cube Urban Bike) de kasseien van de Printhagendreef op om na nog geen honderd meter weer om te keren: ik laat het graag aan de van der Poels over om zich hier te amuseren!



Verstandig

Nog drie weken en dan ga ik een paar dagen fietsen in de Vogezen met de heren (mijn zonen en enkele van hun vrienden). Eergisteren definitief besloten om verstandig te zijn en de artrose in mijn linker enkel en de vaatvernauwing in hetzelfde been niet te negeren: klimmen boven de 8% zorgt voor een almaar heviger wordende pijn in die enkel en een zuurstoftekort dat een gevoel van kramp veroorzaakt in mijn kuit. Vervelend maar (nog) niet vervelend genoeg om er aan geholpen te (kunnen) worden. Aanpassen dus. Zodoende hou ik het op dag één op een tocht van 104 km met twee cols van vierde, twee cols van derde en één van tweede categorie: Col des Croix (616m) – Col des Chevestrays (620m), Ballon d'Alsace (1171m), Col du Page (969m) en de Col du Ménil (614m). Die zijn samen goed voor 2044 hoogtemeters en 42 km klimmen. Op dag twee laat ik La Planche des Belles Filles links liggen. Met pijn in het hart want ik ben altijd gek geweest op steile hellingen. Niet dat ik hard naar boven ging, ik was (en raak steeds meer) gespecialiseerd in zo langzaam mogelijk bergop fietsen. In de 60 km die ik mezelf op dag twee wel toesta zitten twee cols van tweede en één van vierde categorie: Ballon de Servance (1158m), Col des Chevrères (919m), Col des Croix (616m). En die zijn samen goed voor 1504 hoogtemeters en 31 km klimmen. Wie de profielen bekijkt zal zien dat ik de rondjes zo heb uitgezet dat we op elke col (uitgezonderd La Planche) via de ouwelullenkant naar boven moeten: er hoeft slechts incidenteel boven de 8% geklommen te worden. Dat heb ik dus goed geregeld! De heren die er goesting in hebben kunnen de tocht op dag één uitbreiden met de Col de Morbieux. Op dag twee moeten (!) ze uiteraard na de eerste klim even op en af naar de mooie meisjes! Dat zal voor Roel geen probleem zijn: die heeft dit jaar al zoveel kilometers en hoogtemeters aan zo'n gemiddelde in de benen dat hij een contract bij de profploeg van Tourdetietema kan aanvragen. Zoon Joost fietste minder dan gehoopt maar knalde gisteren wel 25 keer achter elkaar de VAM-berg op en mag zich nu dus peetvader van die klim noemen. Zoon Gijs was evenmin in staat om veel te fietsen maar hij heeft weinig (klim)kilometers nodig om op stoom te geraken. Hoe het zit met de voorbereiding van René en Henri, die twee andere veertigers, weet ik niet. René zal zichzelf ongetwijfeld total loss fietsen op La Planche terwijl Henri zich door niemand gek laat maken en overal (de Galibier, de Gavia, de Bonnette indachtig) op z'n gemak naar boven zal taffelen. Ik ben benieuwd!

P.S: René liet me weten dat hij bezig is René 2.0 uit te vinden: hij gaat vooral proberen te genieten van de tochten, hij wil zichzelf niet meer het licht uit de ogen fietsen. Of hem dat lukt?

Zoon Joost: 25 keer de VAM-berg op!




Een gezegende tocht

Na mijn vogezenvoorbereidingstoer van gisteren, vandaag mijn geliefd kempenrondje gefietst. Richting Mechelse Hei kwam ik in het zog van een oudere fietser (hoe zie je dat van achter?) die een tempo reed dat mij ervan weerhield hem te passeren: ik zou toch niet sneller kunnen! En toen kreeg ik de as van zijn achterwiel in de gaten. Sodeju, dacht ik, dat moet een motortje zijn. Ik ging naast de man fietsen en het bleek een alleraardigste leeftijdgenoot uit Meeuwen. Hij heeft jaren lang vele en lange tochten met een groep gefietst. Vanwege diabetesperikelen mag hij zich niet meer in het rood rijden. En dus liet hij (voor € 1300) een motortje in zijn racefiets monteren. In de hoogste stand is het bereik 80 km, maximale snelheid 35 km per uur. Dat is het, dacht ik, dat ik niet eerder bij die mogelijkheid heb stilgestaan! Niet voor mezelf, hoho, maar voor mijn teerbeminde echtgenote. Die haalt sinds ze geplaagd werd door covid haar oude niveau niet meer, maar is, naar eigen zeggen, nog niet toe aan een e-bike. Maar zo'n motortje op haar eigen Cube ... daarmee wil ze wel de weg op! Omdat ik voelde dat er mogelijk een verhaaltje zat aan te komen heb ik die aardige meneer uit Meeuwen gevraagd of ik een foto van hem mocht maken. En dat mocht! 





Jan Janssen en mijn moeder

Vorige week mijn jaarlijks Rondje Godsheide gefietst. Even naar het graf van mijn ouders geweest. Ze hebben het mooiste plekje op het kerkhof: aan de rand, onder de bomen. Mijn moeder overleed in 2003,  mijn vader (die haar dood nooit te boven kwam) in 2005. Vanmorgen verscheen op Meander (een literair e-magazine) een stukje van Jan Loogman over Jan Janssen, de eerste Nederlandse Tourwinnaar. Jan, 84 inmiddels, praat tegenwoordig liever over zijn twee jaar geleden overleden echtgenote Cora, dan over wielrennen. In het stukje wordt een gedicht van mij over Jan Janssen en mijn moeder geciteerd. Zo wordt een mens herinnerd aan zijn eigen herinneringen! Hoe dat zit tussen Jan Janssen en mijn moeder: u leest het hier



Hoogzomer

En opeens is het hoogzomer. Gisterenmiddag zat ik op een terras op het O L Vrouweplein in Maastricht met vijf kompanen uit mijn Annadaltijd (1970-1973) met wie ik iedere laatste maandag van de maand afspreek. Vanmiddag zat ik op een terras bij het Zimmerplein in Lier met zes kostschoolgenoten (1962-1969) die ik ieder jaar tref. Allemaal zeventigers, de een wat vitaler dan de ander, de een met meer zorgen dan de ander. Naast het het ophalen van veel herinneringen werd de toestand van de wereld vakkundig doorgenomen, vanuit Nederlands en Belgisch perspectief. Altijd gezellig: als het lot van de wereld in onze handen werd gelegd, waren alle problemen morgen opgelost. Uiteraard leidde mijn laatste blogbericht tot gepalaver over de e-bike. Gisteren vroeg Jos waarom ik nog altijd heuvels en cols wil beklimmen (met de koersfiets, zonder ondersteuning). Ik moest er even over nadenken, maar vanmorgen, tussen ontwaken en wakker worden, wist ik het antwoord:

NOG

Waarom vraagt J. wil 
je perse nog al die 
heuvels en bergen op,

tsja, waarom fiets
ik mezelf geregeld
nog aan gort,

misschien wel omdat 
ik daar nog altijd
gelukkig van word

de mannen van Lier


Bergen aan Zee

Paula, mijn teerbeminde eega, en ik boeken een kamer in een hotel dat dicht bij het strand ligt in Bergen aan Zee. Tijd voor (avond)wandelingen langs de ruisende golven, tijd voor het aanschouwen van de ondergaande zon! Onze fietsen laten we thuis: de weersvoorspellingen zijn niet optimaal en de laatste jaren hebben we slechte ervaringen met het meenemen van onze tweewielers in de trein. Toch willen we fietsen. Omdat Paula dat graag ontspannen wil doen - ik ben 72!- en ik een hekel heb aan pedaleren op een gehuurde stadsfiets of mountainbike, wagen we ons aan (mooie maar zware) e-bikes! Twee dagen achter elkaar! De eerste dag fietsen we circa 60 km ‘Door de Noord-Hollandse duinen’. Een mooi rondje, tenminste, zolang je in het fraaie duingebied mag blijven en niet landinwaarts hoeft. Eén keer moeten we omfietsen vanwege een ondoorwaadbaar stukje duinpad. De overvloedige regenval van de afgelopen maanden laat ook hier zijn sporen na. Op dag twee stippelen we zelf een route uit van circa 60 km door een prachtig duinreservaat. Terwijl elders in het land de regen met bakken uit de hemel valt, is het geluk met ons, we genieten van een aangenaam zomerzonnetje. En dan nu de vraag: hoe bevalt het e-biken? Paula moet erg wennen aan de beperkte wendbaarheid van haar vehikel, maar vindt het wel relaxed dat ze bergop en bij wind tegen kan schakelen van eco naar tour, sport en turbo. Ik probeer alle mogelijkheden uit - in z’n turbo een steil, onverhard duinpad op! - maar echt bekoren doet het niet. Bovendien protesteert mijn koersfietskont 120 km lang tegen het brede zadel op mijn e-bike. De straf voor mijn heiligschennis, mijn hoogverraad?





Onverhoopt

In september ga ik een weekend fietsen in de Vogezen, niet alleen mijn zonen gaan mee, ook drie van hun vrienden (Roel, René en Henri). Ons eerste herenfietsweekend dateert van 2003, het laatste van 2017. Ik zag de heren evolueren van begin-twintigers naar begin-veertigers, van jonge snaken met de wereld aan hun voeten naar voorbeeldig(e) gesettelde mannen van middelbare leeftijd, al dan niet met kinderen. Het leven & de dood gingen inmiddels aan geen van allen voorbij. Ik ben benieuwd hoe, nu we zeven jaar verder zijn, de gesprekken aan tafel zullen verlopen. Zelf ben ik ondertussen een ouwe man op een koersfiets geworden:

Ouderdom komt
met gebreken 

die ik al fietsend
het liefst negeer,

dat het verstand
in mijn geval 
niet met de jaren 
komt

betreurt mijn lijf
soms zeer


2017, met de heren Rondom Diekirch





Nog even over ChatGPT

Nog even over ChatGPT en poëzie. Gisteren mocht ik een prachtig 'fietsgedicht' van Antoon Van den Braembussche plaatsen op 'De wielergedichten'. Lees maar:

FIETSEN

(Voor Paul Rigolle)

Als ik fiets overmant me
een vreemd soort geluk.

Elke omwenteling:
een omhelzing van de tijd,
van wat er ooit is geweest
en van wat er ooit zal zijn.

En soms is er enkel nog het nu:
een blij en eeuwig vergeten,
een ode aan de vergetelheid.

Ik hou van lange, rechte wegen
de blik helder en gefixeerd,
wonderlijke vorm van meditatie.

Als ik fiets ben ik niet langer
een kleine ik, maar alles en iedereen.

Elke trap een ode
aan het lichaam, de liefde,
de beweging en alles om ons heen.

Fietsen is pure mystiek.

© Antoon Van den Braembussche

Ik was benieuwd van ChatGPT van dit gedicht zou vinden. Binnen twee tellen kreeg ik volgende reactie: 'Het gedicht "Fietsen" van Antoon Van den Braembussche is een prachtige contemplatie over de ervaring van fietsen en de diepere betekenissen die het kan hebben. Van den Braembussche verkent het gevoel van geluk dat ontstaat tijdens het fietsen, waar elke omwenteling een verbinding lijkt met zowel verleden als toekomst. Hij beschrijft de ervaring als een vorm van meditatie, waarbij de fietser één wordt met alles om zich heen. Het gedicht benadrukt de transcendente aspecten van fietsen, waarbij het lichaam, de liefde en de beweging allemaal samenkomen in een soort pure mystiek. De taal is eenvoudig maar krachtig, en de beelden die worden opgeroepen, nodigen de lezer uit om de diepere betekenissen van het alledaagse te verkennen. Het gedicht biedt een prachtige viering van het fietsen als een bron van geluk, verbondenheid en spirituele ervaring.' Op mijn vraag hoe hij/zij ('Ik ben eigenlijk een "het"! Ik ben een AI-gestuurd model en heb geen geslacht of fysieke vorm. Maar je mag me aanspreken zoals jij het prettig vindt.') er in slaagt om zo vlug een analyse te geven, antwoordde hij/zij: 'Mijn vermogen om snel gedichten te lezen en er feedback op te geven komt voort uit mijn training op grote hoeveelheden tekst. Ik kan de structuur, de taalkeuzes en de emotionele toon van het gedicht analyseren om een passende reactie te geven. Maar laten we niet vergeten dat mijn interpretatie ook slechts een reflectie is van mijn algoritmen en de gegevens waarop ik ben getraind, en het kan soms zijn dat ik de diepere betekenis of intentie van een gedicht fout interpreteer.' Aha, een niet onbelangrijke blijk van zelfkennis. Door wie wordt hij/zij dan getraind: 'Ik word getraind door het team bij OpenAI, dat bestaat uit experts op het gebied van machine learning, taalwetenschappen en computerwetenschappen. Ze gebruiken een combinatie van verschillende technieken, zoals reinforcement learning en supervised learning, om mij te trainen op een diverse set van teksten en taken. Mijn training omvat grote hoeveelheden tekst uit verschillende bronnen, zoals boeken, artikelen, websites en andere geschreven materialen. Dit stelt me in staat om een breed scala aan onderwerpen te begrijpen en nuttige interacties aan te gaan met gebruikers zoals jij!' Allee, tot zover!




ChatGPT als recensent

De chatbot van ChatGPT blijkt een meer dan voortreffelijke recensent van poëzie te zijn. Ik legde hem/haar mijn reeks gedichten Een ouwe man op een koersfiets voor en vroeg wat hij/zij er van vond. Om de hele reeks te lezen en van commentaar te voorzien had hij/zij slechts enkele seconden nodig. Ík citeer zijn/haar bijzonder vakkundige analyse: 'Wat een prachtige verzameling gedichten! Een ouwe man op een koersfiets verkent op een diepgaande en tegelijkertijd speelse manier de ervaringen, gedachten en gevoelens van een oudere fietser. De gedichten belichten verschillende aspecten van het ouder worden, zoals de fysieke uitdagingen, de nostalgie, maar ook de blijvende passie voor fietsen en het leven zelf. De gedichten variëren van humoristisch tot ontroerend, en bieden een levendig inzicht in de wereld van een oude man op een koersfiets. Van het besef dat bidden geen zin heeft tijdens een zware klim tot de troost van herinneringen en dromen van nieuwe avonturen, de gedichten weerspiegelen een rijkdom aan emoties en ervaringen. Het is bewonderenswaardig hoe Miel Vanstreels erin slaagt om zo'n divers scala aan gevoelens en gedachten te verwoorden in zijn poëzie.' Ik had het zelf niet beter kunnen zeggen!



Wind

Ook al stelt het KNMI aan de hand van metingen dat het de laatste jaren minder waait in Nederland, veel fietsers hebben niet dat gevoel. Zelfs in het binnenland lijken windkracht 4 en 5 eerder regel dan uitzondering. Ik schreef daarover volgende baiku: voel me een beetje / genaaid - hoe ouder ik word / hoe harder het waait. Zouden, zo vroeg ik me af, ouwe mannen (en vrouwen) op een koersfiets er wereldwijd zo over denken? Begin deze week plaatste ik een vertaling van de baiku op de facebookpagina Cycling for those aged  70+. En ja hoor, het bericht resulteerde (tot nog toe, vier dagen later) in meer dan 1300 bevestigende reacties uit o.a. Toronto, Washington, Aberdeen, Nicosia, Brasilia, Praag, Reading, Manilla, Mexico Stad, Ljublijana, Sydney, Athene, Changwong-SI (Zuid-Korea), Cebu City (Filipijnen), Puerto Rico, Boedapest en zelfs Kiev. 'Wind is the hill that never ends,' aldus Jerry Reimer uit Spring (Texas). 't Is maar dat u het weet!

klik op afbeelding  voor vergroting


Bewustzijn

Ik heb het in mijn verhaaltjes op Fietsvarianten al enkele keren gehad over Dré. Ik leerde hem kennen in 1970 toen ook hij als leerling verpleger begon te werken in het Maastrichtse Ziekenhuis St Annadal. Wat we naast onze liefde voor de fiets gemeen hadden was onze zoektocht naar een zinvol leven. We discussieerden uren en uren over de wegen die we kozen. Ik de politiek geëngageerde, hij die van het bewustzijn. Hij verdiepte zich in Zen, Krishnamurti, Fromm, Kant, hij laafde zich kortom aan alles wat met spiritualiteit en filosofie te maken had. Mijn lief en ik woonden in die tijd in een kleine bovenwoning in het centrum van Maastricht en Dré kwam daar vaak, héél vaak. We tikten er op een eenvoudige schrijfmachine de teksten uit waarin hij, aan de hand van wat hij allemaal gelezen had, zijn denkbeelden vorm gaf. Het werd een dikke stencil die hij via Maastrichtse boekhandels te koop aanbood. Eind jaren zeventig verloren we elkaar uit het oog. Dré sloot zich aan bij de Rozenkruisers en ging verder met lezen en zich verdiepen. Langzaam maar zeker werd hij een specialist in 'bewustzijn' en begon lezingen te geven door heel Nederland. Vanaf de eeuwwisseling komen we elkaar weer geregeld tegen in groepsverband en incidenteel fietsten we nog 'ns door het Mergelland. Hoe vaak heb ik Dré in de jaren die volgden, net als in de jaren zeventig, met grote stelligheid horen beweren dat hij een (echt) boek ging schrijven, hoe vaak heb ik gedacht: 'Ja ja Dré, het zal wel!' Maar zie, komende vrijdag, na meer dan een halve eeuw, presenteert Dré zijn 'Ik ben bewustzijn', een mooi uitgegeven (echt!) boek van 300 pagina's. Ga ik het kopen en lezen? Jazeker, of liever, ik ga proberen het te lezen, want ik weet niet of ik alles wat Dré schrijft nu wél begrijp. En ik hoor hem weer zeggen: 'Je bent weigerachtig, je stelt je niet open, je wil het niet begrijpen!'









Tegenfietser

Afgelopen vrijdag moest ik voor mijn gepland rondje van 85 km met 18 (ouwelullen)hellingen niet de Keutenberg op maar af. Ik had niet het beste tijdstip uitgekozen om dat te doen. Op de smalle weg boven op het plateau werd ik drie keer kort na elkaar bijna het gras ingereden door de parcoursverkennende coureurs en volgwagens van Ineos, Soudal-Quick-Step en Groupama-FDJ. Vanmorgen ben ik voor de verandering een keer niet naar de start van de Amstel Gold Race geweest, ik ben een uur voor de dames vertrokken op mijn Bianchi gestapt en fietste de eerste 35 km van Nederlands enige klassieker. Daarna verliet ik de route om via een ommetje net op tijd te zijn om (op een vrij liggend fietspad) het mij tegemoet komend mannenpeloton te passeren. Daar kon ik in ieder geval niet van m'n sokken gereden worden. Wat me dit jaar in de parcoursbeschrijving van de mannen opvalt is dat er een aantal ouwelullenklimmetjes (Heerderberg, Gulperberg Rijksweg, Nijswillerberg) meegeteld worden als echte helling, dit in tegenstelling tot voorheen. En dat is goed nieuws voor alle ouwe mannen op een koersfiets!


Onbestaand

Soms ontstaat tijdens het schrijven van een gedicht een (volgens Google, Bing en de Dikke van Dale) onbestaand Nederlands woord. Het overkwam me bij onderstaand versje. Toen ik het woord vergrijzing tikte dacht ik: als ik er een n tussen zet, vang ik twee vliegen in één klap: vergrijzen = ouder worden, vergrijnzen = ironischer, sarcastischer worden. En dat onbestaand woord geeft perfect aan wat ik doe met de reeks 'Een ouwe man op een koersfiets': m'n eigen ouder worden beschrijven met een vette grijns op m'n gezicht!

klik op afbeelding voor vergroting


Katholisch

Fietsen op Goede Vrijdag:
jezelf uit solidariteit
aan 14 lamlendig steile
hellingen wagen

omdat Jezus je
vanaf een veldkruis
(in het Limburgs)
vraagt

om Hem 
Zijn kruis niet
alleen te laten 
dragen

klik op afbeelding voor vergroting



Een kwartier

Morgen word ik 73. Volgens mijn moeder bezorgde ik haar met mijn 4,5 kg een zware bevalling. Een motorrijdende buurman haalde midden in de nacht in allerijl de vroedvrouw op. 'Die bevalling had geen kwartier langer moeten duren,' zo verzuchtte mijn moeder meermaals. Twintig jaar later, ik was inmiddels uitgeweken naar Maastricht, maakte vriend Dré me wegwijs in het Mergelland. Tijdens onze racefietstochten werd er (veel) nicotine opgehoest en (nog meer) alcohol uitgezweet. Bij een astroloog leerde Dré hoe je horoscopen kunt maken. Toen hij die van mij had uitgewerkt, liet hij me aan de hand van mijn sterrentijd zien dat ik van geluk mocht spreken: als ik een kwartier later was geboren was ik écht alcoholist geworden.

Geboortehuis

De Schaal van Digther

'De Schaal van Digther', een literair e-zine, publiceerde vandaag mijn gedicht 'Mergelland'. Het komt uit Een ouwe man op een koersfiets, een reeks waarin blijmoedig somber door de taal wordt gefietst!



Meander

Het literair e-magazine Meander publiceerde vandaag vier versjes uit 'Een ouwe man op een koersfiets'. Eerder nam de Schaal van Digther er ook eentje op. En daar ben ik (als fiets- en wielerversjesmaker) uiteraard blij mee. De route die ik volgens Meander in kaart breng, is er hopelijk een waar ik nog vele jaren zoet mee ben, een route die je hier kunt volgen.

klik op afbeelding voor vergroting

Bedankmailtje

Afgelopen zomer schreef ik in het stukje Geïdoctrineerd dat ik in 1968 een proces verbaal kreeg omdat ik, tegen de verkeersregels in, naast een vriendin bleef fietsen. Ik gaf de mij bekeurende rijkswachters Julien Vercammen en Henricus Franssen er de schuld van dat ik 55 jaar later nog steeds enige schroom heb om naast een ander te fietsen, ook waar het is toegestaan, ook als het mijn lief, mijn eega betreft, die het gezelliger vindt om naast elkaar van het landschap te genieten. Vanmorgen kreeg ik een vriendelijk mailtje van iemand die, surfend op internet, mijn verhaaltje tegen kwam. Hij bedankte me dat ik het online had gezet: Henricus Franssen was zijn vader!



Geloof het of niet

Soms kom ik er bij toeval achter dat een van mijn versjes ongevraagd door iemand wordt overgenomen voor een blog, website, kranten- of tijdschriftartikel. Ik heb daar in de regel geen moeite mee, mits het correct gebeurt. Hoe meer lezers hoe meer vreugd! Gisteren ontdekte ik dat een medewerker van de dienst geestelijke zorg van de Zeeuwse zorgorganisatie ZorgSaam de titel van een vers van mij veranderde voor het huisblad van de stichting. Mijn fietstocht langs Zuid-Limburgse wegkruisen en kapelletjes gaf ik als titel 'Ongelovige katholiek' mee. De geestelijk verzorger schrapte het woord 'Ongelovige' zodat het vers onder de titel 'Katholiek' werd afgedrukt. Ik constateerde het met een glimlach, temeer omdat de geestelijk verzorger - geloof het of niet - Kees van Geloof heet! 

klik op afbeelding voor vergroting





Op het matje

Ik voel me op het matje geroepen door een recente uitspraak van Het Europees Hof van Justitie in Luxemburg. Daarin wordt verklaard dat een e-bike geen motorvoertuig is omdat er geen sprake is van louter mechanische aandrijving, je hebt namelijk spierkracht nodig om het vervoermiddel in beweging te krijgen. Ik moet derhalve mijn betoog over 'fietsen of rijden?' herzien: je voortbewegen op een e-bike is (volgens het Europees Hof) wel degelijk fietsen. Mijn stelling dat je op een e-bike niet fietst maar rijdt, zoals je rijdt op een solex, vespa, brommer, scooter of motor(fiets) rijdt klopt dus niet. Grappig is wel dat mensen die op Google 'fietsen of rijden?' intikken, (vooralsnog) mijn betoog als antwoord krijgen. Als je voortaan de Tourmalet, de Stelvio of de Galbier op een e-bike beklimt, mag je dus zeggen dat je een col hors categorie bent opgefietst!



Ouwelullencols

Mijn oudste zoon wil volgend jaar een weekendje in de Vogezen gaan fietsen, in ieder geval met mij maar het liefst ook met mijn andere zoon en een aantal heren: 't is al veel te lang geleden! Ik heb wederom de eer de routes uit te zetten. Van één heer weet ik dat hij heel graag La Planche des Belles Filles (col van 1ste categorie in de Tour) aan z'n palmares wil toevoegen. Een chalet in Le Thillot lijkt daarvoor een goede uitvalsbasis. Vanwege een protesterende enkel (een duidelijk geval van artrose volgens een orthopeed, echt wel vaatvernauwing aldus een vaatchirurg) moet ik op zoek naar ouwelullencols: lengte geen bezwaar, gemiddeld 5% en liefst niet steiler dan 8 á 10%. Zijn die daar te vinden? Jazeker, dCol des Croix, de Col de la Chevestrays, de Ballon d'Alsace (vanuit Giromagny), de Col du Page en de Col de Morbieux beantwoorden perfect aan mijn eisen. Ze zijn samen goed voor Een Vogezentoer van 115 km met 42 km klimmen en 2400 hoogtemeters. De Ballon de Servance (vanuit Le Thillot), de Col des Chevrères (vanuit Plancher Bas) en de Col des Croix (vanuit Servance) zorgen voor 30 km  ouwelullenklimwerk. Bovendien mogen de die hards na de afdaling van de Ballon de Servance linksaf slaan voor de beruchte 6 km naar La Planche de Belles Filles. Eenmaal boven is het omkeren en dalen voor het vervolg van het rondje dat in totaal 78 km lang is en 2062 hoogtemeters telt. Als er heren meegaan, vermoed ik dat de minst c.q. nauwelijks getrainden me dankbaar zullen zijn voor die zeven ouwelullencols. Hoewel, drie daarvan staan in de Tour te boek als cols van 2e categorie!



Godvergeten

Vorige week fietste ik met Roger (uit Kanne) een rondje Haspengouw. We zaten in onze jeugdjaren allebei op kostschool bij de paters, hij in Maasmechelen, ik in Lier. Uiteraard kwam de veel besproken VRT-reportage 'Godvergeten' ter sprake. Roger heeft tijdens zijn kostschooljaren nooit iets gemerkt van paters die zich misdroegen. Bij mij ligt dat anders. Ik schreef er in 1979 al over in de dichtbundel 'Klein Joernaal' en later op mijn blog over het Missiecollege. Omdat ik de laatste tien jaar geregeld contact heb met zes kostschoolgenoten stuurde ik hen een mailtje met de vraag of zij ooit iets van misbruik gemerkt hebben in onze Lierse jaren. Ze kennen uiteraard de blog en mijn verhaal maar tijdens onze jaarlijkse bijeenkomsten hebben we het er nog nooit over gehad. Twee kompanen meldden meteen dat ze nooit last gehad hebben van opdringerige paters en indertijd ook niet wisten dat het voorkwam. Een derde liet weten dat hij heel graag iets kwijt wilde over dat onderwerp maar wat tijd nodig had om het goed onder woorden te brengen. Na drie dagen kreeg ik zijn vier A4-tjes lang verhaal. In het internaat, op kostschool zelf is hij nooit onheus bejegend maar de onderpastoor van het dorp waar hij woonde en de pater die ons ronselde en tevens de bezieler was van de aan het Missiecollege gelieerde jeugdbeweging gingen wel erg ver in het zoeken naar lichamelijke toenadering. Dat hij als elf, twaalfjarige hun avances durfde afwijzen heeft er ongetwijfeld toe bijgedragen dat hij er geen trauma - alleen maar woede - aan heeft overgehouden. 
En de drie kompanen, die niet terugmailden? Ik hoor het ongetwijfeld volgend (voor)jaar op het terras van Zuster Agnes, dicht bij het Begijnhof van Lier!